Waarom krijgen de Paralympics minder aandacht dan de Olympische Spelen?

Nieuwsbericht van vrijdag 06 september 2024

Van 28 augustus tot en met 8 september  vinden de Paralympische Spelen plaats. Evenals de Olympische Spelen worden deze gehouden te Parijs. Vanuit Nederland doen er iets meer dan 80 sporters met een beperking mee. Bij de Olympische Spelen waren dat er voor ons land 274 sporters. Nog afgelopen weekend vroeg een aantal personen uit mijn directe sportieve omgeving mij eens aandacht te besteden aan dit bijzondere evenement vanuit de vraagstelling waarom de Paralympics minder aandacht krijgt  dan de Olympische Spelen. Een aantal voor de hand liggende redenen kunnen velen van jullie waarschijnlijk vrij snel bedenken. Doch ik ga er van uit dat onder meer de wetenschap onderzoek heeft gedaan om meer en ook (verrassende) antwoorden te vinden op deze relevante vraag. Jullie Nar stuitte daarbij op verschillende artikelen, waaronder een vrij recent van universitair docent communicatiewetenschap  aan de Radboud Universiteit te Nijmegen genaamd Paul Hendriks Vettehen. 

Bij aandacht vanuit de media speelt altijd de vraag naar relevantie een voorname rol. De aandacht voor de Olympische Spelen was in Nederland gigantisch groot. Diverse dagelijkse talkshows, de gehele dag live wedstijden op tv en pagina’s vol geschreven verluchtigd met talloze foto’s  in de dag- en weekbladen. Dat verschilt nogal voor de aandacht van de Paralympische Spelen. Wel tv-uitzendingen, maar veel minder, en dan nog veelal via livestreams. Verder op de NPO in de late avonduren een maal daags een talkshow van nog geen uur met daarin de hoogtepunten van die dag.

De volgende vraag is dan ook terecht: Worden hiermee onze 80 paralympische sporters tekort gedaan evenals hun buitenlandse collega’s?  Media redeneren altijd op hun eigen manier. Zij bezien het vanuit de vraag: voor hoeveel mensen is een gebeurtenis belangrijk? Slechts 1 op de 10 Nederlanders heeft een beperking, fysiek of mentaal. Dat is relatief gezien een beperkte groep, daarnaast komt nog dat de Olympische Spelen uit vele verschillende sporten (28) bestaan, waarbij de kans aanzienlijk is dat veel Nederlanders een of meerder sporten ervan ooit eens  zelf beoefend hebben.  Dat brengt die sporten bij hen dichterbij, zeker gevoelsmatig. Zij kunnen zich in die sporters verplaatsen. Dat is bij bijvoorbeeld bij rolstoelsporters niet het geval, omdat veel mensen nooit in een rolstoel sport beoefend hebben. Veel Paralympische sporten zijn zeker relatief gezien klein en mensen kennen veelal de spelregels niet. Verder zijn er op de Paralympische Spelen ook nog verschillende sporten waarin allerlei verschillende  groepen per beperking gelden. Zodoende moet je je er weer  sterk in verdiepen om het goed te kunnen volgen. Dat vraagt dan andermaal om een extra inspanning. Mensen haken dan waarschijnlijk af.  

De vaak genoemde reden, dat mensen niet graag naar sporters met een zichtbare beperking kijken, speelt daarbij volgens deskundigen geen rol. Wel is bekend dat mensen aanslaan op datgeen dat (heel) uitzonderlijk is. Een hardloper of verspringer (m of v)  met een onderbeenprothese trekt tijdens de Olympische Spelen nogal de  aandacht. Doch als tijdens de Paralympics alle verspringers of sprinters met zo’n blade lopen, dan valt dat minder op. Aandacht ontstaat namelijk voor iets dat contrasteert. 

Toch is het onmiskenbaar dat de media tegenwoordig en zeker in deze weken meer aandacht besteden aan de Paralympische Spelen dan zeg maar in 2000.  Dat komt vooral doordat verscheidenheid/diversiteit, in het algemeen, in het publieke domein relevanter is geworden. Het is prima voorstelbaar dat de NPO het daarom als zijn opgave ziet om aandacht te besteden aan de Paralympics. Wat mogelijkerwijs ook geholpen heeft, is dat de Nederlandse Paralympiërs bij de voorgaande Spelen nogal  succesvol waren / veel medailles veroverden. Dat bevorderd in het algemeen extra aandacht van de media. 

Uit eeen rapport van het Mulier Instituut, een kenniscentrum voor sport,  blijkt dat bij de Paralympische Spelen in 2016 en 2021 50% van de Nederlanders eens per week aandacht had voor dit evenement. 20%  volgde  deze Paralympics  zelfs eenmaal per dag. Daaruit is op te maken dat er zodoende een groep is die hier belangstelling voor heeft.

Toch heeft ook Vettehen twijfels of de media-aandacht voor de Paralympische Spelen nog verder zal stijgen. Men kan er natuurlijk blijvende aandacht voor vragen, maar het is niet realistisch dat dit effect zal hebben. Bij aandacht vanuit de media speelt immers de relevantievraag een grote rol. Naast de constatering dat Paralympics maar voor een relatief beperkt publiek belangrijk is, leven wij nu eenmaal in een aandachteconomie waarin allerlei nieuws en diverse evenementen strijden om onze aandacht. Hoewel er beslist ruimte kan zijn voor specifieke evenementen, is het echter vaak zo dat de aandacht van de media en het publiek zich gedurende een periode concentreert rondom één evenement dat reeds groot was. Dat is  in dit geval de Olympische Spelen. Veel publieksaandacht voor een evenement zorgt ervoor dat er door de media nog meer bericht wordt over dat evenement. Dat genereert weer nieuwe aandacht van het publiek. Net zolang totdat er een soort verzadiging optreedt en er een nieuw evenement is dat veel aandacht trekt. 

Wellicht dat één mogelijke verandering eventueel zou kunnen leiden tot meer aandacht vanuit de  media voor de Paralympics. Het idee om de Paralympics te verplaatsen naar de oneven jaren waarin er geen WK of EK voetbal is en geen Olympische Spelen. Misschien dat de interesse vanuit de media wat zal toenemen. Maar deskundigen hebben nu de overtuiging dat binnen de huidige vorm de aandacht maximaal is. 

Aan de Paralympics 2024 te Parijs doen 4400 sporters mee uit 182 landen verdeeld over 22 takken van sport. Gouddelver is vooral China en Nederland eindigt waarschijnlijk in de top 10. Op donderdagochtend 5 september staat ons land zelfs op de vierde plaats. Wederom een uitstekende prestatie. In 2021 eindigde ons land als vijfde in Tokio. Kijken naar de Paralympics bood volop plezier en dwong bewondering af. 

S.F. Nar